Om bij uw klanten te komen moeten uw producten internationale grenzen passeren. Dat kan een ingewikkeld proces zijn met papierwerk en juridische verklaringen. Als u ervoor wilt zorgen dat dit soepel verloopt is het classificeren van het juiste tarief van uw producten een cruciaal onderdeel van uw douaneactiviteiten. In deze gids leggen we de basisprincipes van het classificatiesysteem dat door de douane wordt gehanteerd uit, zodat u dit belangrijke proces beter kunt begrijpen.
Wat is het geharmoniseerde systeem en waarom is het belangrijk?
Het geharmoniseerd systeem (Engels: Harmonised System; HS) is ontwikkeld door de werelddouaneorganisatie (World Customs Organization) als multifunctionele internationale productclassificatie, die alle producten beschrijft die internationaal verhandeld mogen worden. Om goederen met succes internationale grenzen te laten passeren moet de juiste HS-code (ook wel HTS-code genoemd) worden aangegeven. Deze code bepaalt het juiste invoerrechten- en belastingtarief dat voor het artikel moet worden betaald.
Hoe werkt het?
Het HS-codesysteem werkt met een internationaal gebruikt zescijferig nummer als basis voor de lokale classificatie in landen. Het HS bestaat uit 5.300 artikel- of productbeschrijvingen die als 'posten' en 'onderverdelingen' zijn vermeld. In theorie zouden alle landen die de HS-overeenkomst gebruiken een bepaald product in dezelfde HS-afdeling, hetzelfde hoofdstuk, dezelfde post en onderverdeling moeten classificeren; maar in de praktijk is dat niet altijd het geval.
Helaas werken niet alle landen met dezelfde versie van het HS en ook de regels worden niet overal op precies dezelfde manier gehanteerd. Deze onzekerheid, opgeteld bij de toenemende complexiteit van producten, historische beslissingen en een gebrek aan expertise met betrekking tot de technische aspecten van een bepaald product, zorgt voor complexe, inconsistente en risicovolle classificatieregels die moeilijk te doorgronden kunnen zijn.
Wie is verantwoordelijk voor het classificeren van goederen?
Als importeur of exporteur is het uw wettelijke verantwoordelijkheid om de verzonden goederen correct te classificeren. Kuehne+Nagel geeft die classificatie dan, handelend in uw naam, correct namens u aan bij de douane.
Waarom is HS-classificatie zo'n risicogebied?
HS-classificaties zijn riskant als u onjuist classificeert, omdat u mogelijk de verkeerde invoerrechten en belastingen op uw producten betaalt. Dat kan resulteren in een aanslag met terugwerkende kracht of naheffing voor alle goederen die u verkeerd hebt geclassificeerd. Dit kan leiden tot forse geldstraffen en boetes en zelfs tot inbeslagname of vernietiging van uw goederen.
Een onjuiste classificatie kan ook leiden tot het betalen van teveel invoerrechten en belastingen, wat gevolgen heeft voor de cashflow van uw bedrijf. Het is mogelijk om met terugwerkende kracht een claim in te dienen voor te veel betaalde invoerrechten, maar u moet uw argumenten voor een dergelijke aanpassing en achterafclaim volledig kunnen onderbouwen.
Tariefclassificatie is een gespecialiseerde vaardigheid die een brede kennis en veel ervaring vereist. het is niet vanzelfsprekend dat alle importeurs of exporteurs deze expertise in huis hebben. Bij Kuehne+Nagel verzenden we al meer dan 125 jaar goederen over de hele wereld. Het correct aangeven van goederen bij de douane is een belangrijk onderdeel van onze dienstverlening. Onze douane- en trade-complianceteams over de hele wereld zijn experts op het gebied van HS-classificatie en staan klaar om u te helpen met advies over hoe u uw producten het beste kunt classificeren.
Waar kan Kuehne+Nagel u helpen?
Onze douane- en trade-compliancemedewerkers hebben actuele kennis van alle aspecten van douaneactiviteiten en moeten kunnen aantonen dat ze deskundig zijn op deze gebieden om de status van Authorised Economic Operator (AEO) te verkrijgen.
We kunnen voor u mogelijke moeilijkheden in uw classificatie opsporen en door gebruik te maken van de beschikbare voordelen - zoals legitieme herclassificatie en lagere invoerrechtenheffingen - en schorsingen van invoerrechten, uw classificaties optimaliseren. Neem contact met ons op voor meer informatie over onze adviesdiensten voor HS-classificering en ons brede scala douane- en trade-compliancediensten.
Veelgestelde vragen (FAQ)
Hoe classificeer ik mijn goederen?
Niet alle producten zijn eenvoudig te classificeren. Sommige artikelen zijn eenvoudig te beschrijven en u kunt naar dergelijke producten (vaak online) opzoeken in de index van uw lokale landtarief. Lees altijd de notities die in het tarief vermeld staan. Deze kunnen specifiek bepaalde artikelen in- of uitsluiten en andere informatie bevatten.
Als uw product moeilijker te classificeren is of niet in de index te vinden is, moet u kijken naar de vorm en werking ervan. Dat kan ingewikkeld zijn en u moet rekening houden met de 'algemene interpretatieregels' (Engels: general rules of interpretation; GRI).
Als u om uw product te classificeren de GRI's moet gebruiken bent u op het punt gekomen dat u waarschijnlijk deskundige begeleiding nodig hebt.
Hoe is het HS gestructureerd?
Het HS deelt goederen in een van de 21 'afdelingen' en vervolgens in een specifiek hoofdstuk, een specifieke post en specifieke onderverdeling, in die volgorde. Dit is bijvoorbeeld hoe katoenen t-shirts voor mannen worden geclassificeerd:
- HS-afdeling: afdeling XI: 'Textiel en textielartikelen'
- HS-hoofdstuk: hoofdstuk 62: 'Kleding en kledingtoebehoren, andere dan van brei- of haakwerk'
- HS -post: post 6205: 'Overhemden voor heren of voor jongens'
- HS-onderverdeling: onderverdeling 620520: 'van katoen'
Waarvoor dient het HS nog meer?
Ook regeringen en douaneagentschappen over de hele wereld maken gebruik van HS-classificatie voor het regelen van gecontroleerde goederen, aanvullende belastingen, het toepassen van oorsprongsregels, handelsbeleid en handelsstatistieken, quotacontroles en prijsbewaking; analyse, beveiligingscontroles en risicoprofilering en vergelijkbare toepassingen.
Wat zijn enkele voorbeelden van de algemene interpretatieregels?
Er zijn zes regels voor het classificeren van goederen onder het HS. Ze zijn bedoeld om een uniforme juridische interpretatie te geven van de HS-nomenclatuur voor het correct classificeren van goederen, hoewel er in de praktijk wel variatie tussen landen bestaat. De GRI's worden toegepast in strikte nummervolgorde. Enkele voorbeelden:
Opmerking: deze voorbeelden zijn alleen bedoeld ter illustratie. Is er ook maar enige twijfel over de toepassing van de GRI's op een specifiek item? Neem dan contact op met een deskundige.
Regel 1
Regel 1 legt uit dat opschriften van afdelingen, hoofdstukken en posten geen juridische status hebben. De classificatie moet worden vastgesteld aan de hand van de termen in de posten, de bijbehorende afdelings- of hoofdstukopmerkingen en rekening te houden met de andere interpretatieregels.
Regel 1 van het GRI stelt dat alleen omdat hoofdstuk 87 'Voertuigen anders dan rollend materieel voor spoor- of tramwegen en onderdelen en accessoires daarvan' heet, dit niet betekent dat elk item dat u op een auto zou kunnen aantreffen daar ook daadwerkelijk automatisch onder valt. Zo vallen banden bijvoorbeeld onder hoofdstuk 40.
Regel 2
Deel (a) van deze regel stelt dat dezelfde posten van toepassing zijn op onvolledige producten als ze het karakter hebben van het volledige artikel. De regel vermeldt ook dat niet-geassembleerde producten onder dezelfde post worden geclassificeerd als het volledig geassembleerde product.
Deel (b) van deze regel gaat over mengsels of combinaties van stoffen. De regel breidt de reikwijdte van posten die verwijzen naar een bepaald materiaal of een bepaalde stof uit naar mengsels of combinaties van die goederen met andere materialen of stoffen.
Is het effect van deze regel dat producten schijnbaar onder twee of meer posten kunnen worden geclassificeerd? Dan moet regel 3 worden toegepast.
Met Regel 2 deel (a) worden zaken als meubels die nog moeten worden gemonteerd of iets anders dat als bouwpakket wordt geleverd. Dat betekent dat een onvolledige auto voor restauratie nog steeds moet worden geclassificeerd alsof het een complete auto is.
Regel 2, deel (b) betekent dat een herenoverhemd van 60% katoen en 40% polyester onder katoenen overhemden valt. Een overhemd dat voor 50/50% van katoen en polyester is gemaakt zou echter onder Regel 3 moeten worden geclassificeerd.
Regel 3
Regel 3 geldt wanneer producten onder twee of meer posten kunnen worden geclassificeerd.
Deel (a) stelt dat de post die een specifieke beschrijving van het item geeft, voorrang heeft op de post die alleen een algemene beschrijving geeft.
Deel (b) heeft betrekking op mengsels en samengestelde artikelen die uit verschillende materialen bestaan, en stelt dat deze artikelen moeten worden geclassificeerd volgens het materiaal of de component waaraan ze hun essentiële karakter ontlenen.
Deel (c) stelt dat alle artikelen die niet onder (a) en (b) kunnen worden geclassificeerd, moeten worden geclassificeerd in de post die als laatste eerder werd beschouwd.
Regel 3, met name deel (b), biedt veel ruimte voor interpretatie en wanneer deze regel wordt gebruikt is deskundig advies altijd essentieel.
In deel (a) staat dat plastic flessen als zodanig moeten worden geclassificeerd onder post 3923, die specifiek 'flessen, flacons en dergelijke artikelen' heet in plaats van 'andere artikelen van plastic' onder post 3926.
Onderdeel (b) betekent dat in een geometrieset bestaande uit een plastic liniaal, een plastic gradenboog en een stalen kompas, het kompas kan worden beschouwd als het bepalende kenmerk, omdat dit de hoogste waarde vertegenwoordigt. Evenzo kan het zijn dat de goederen moeten worden ingevoerd als twee of drie afzonderlijke items met de uitgesplitste waarde. De functie van een item heeft een aanzienlijke impact - een laser valt onder post 9013, maar een laser die wordt gebruikt in glasvezeltelecommunicatieapparatuur kan onder 8517 worden geclassificeerd als telecomapparatuur.
Deel (c) betekent dat een geweven herenoverhemd van 50% katoen en 50% polyester - beide mengsels bepalen in gelijke mate het karakter van de goederen- onder de code 62053000 zouden worden geclassificeerd als zijnde van kunstvezel, in plaats van onder post 62052000, die van toepassing is op katoen.
Regel 4
Deze regel heeft betrekking op goederen die niet kunnen worden geclassificeerd door de regels 1 tot en met 3 toe te passen. Dergelijke goederen moeten worden geclassificeerd onder de post waar ze het meest aan verwant zijn. Vanwege de uitgebreide structuur van de classificaties wordt deze regel echter zelden toegepast.
Deze regel is gebaseerd op een gezondverstandbenadering van de classificatie. Simpel gezegd, als het eruitziet als een eend, kwaakt als een eend en loopt als een eend, dan zou het als een eend moeten worden geclassificeerd.
Regel 5
Regel 5 betreft de dozen, containers en verpakkingsmaterialen die worden gebruikt om het product te verpakken. In de meeste gevallen, behalve wanneer de materialen zijn ontworpen voor herhaald gebruik, worden deze artikelen geclassificeerd bij het product zelf.
De kartonnen en plastic doos die een speelgoedauto bevat, wordt dus niet afzonderlijk geclassificeerd. Een zeevrachtcontainer die wordt gebruikt om goederen te vervoeren, zelfs als het om een enkele lading van dezelfde goederen gaat, wordt echter niet tot de goederen gerekend en wordt afzonderlijk behandeld.
Regel 6
De eerdere regels hebben betrekking op classificatie op postniveau. Het doel van regel 6 is ervoor te zorgen dat de regels 1 tot en met 5 ook worden toegepast op de classificatie van goederen op postniveau, zolang rekening wordt gehouden met de opmerkingen bij de posten.
Wat zijn enkele voorbeelden van inconsistente HS-classificaties?
HS-classificaties zijn ingewikkeld en het toepassen ervan kan soms verwarrend zijn. We geven hier twee voorbeelden die de inconsistentie van HS-classificaties illustreren:
- Veel bedrijven maken specialistische producten en verklaren dat alle reserveonderdelen en onderdelen van die producten deel uitmaken van het hoofdproduct. Dat is soms correct en de invoerrechten zijn meestal vrij laag. Onderdelen voor 'algemeen gebruik' echter, zoals schroeven, veren, ringen, moeren, O-ringen enzovoort, worden echter elders geclassificeerd als die specifieke items, vaak tegen hogere tarieven.
- Onderverdeling 9505 10 dekt artikelen die algemeen worden erkend dat ze traditioneel worden gebruikt bij kerstfestiviteiten en die uitsluitend worden vervaardigd en ontworpen als artikelen voor kerstfestiviteiten. De onderverdeling is echter niet bedoeld voor artikelen van het 'winterseizoen', zoals bijvoorbeeld ijspegels, sneeuwkristallen, sterren, rendieren, roodborstjes en sneeuwpoppen, omdat die niet uitsluitend worden gebruikt voor kerstfestiviteiten, maar vooral als versiering tijdens het winterseizoen. In het VK geldt voor kerstversieringen een invoertarief van 0%, maar voor winterversieringen moet 2,7% invoerrechten worden betaald.